Spelregels.


(Oude)Algemene spelregels

De makkelijkste regel bij badminton is: twee van de drie sets winnen. In totaal zijn er bij elke wedstrijd drie sets. Als jij de eerste set wint en jouw tegenstander de tweede, staat het 1-1 in sets. Er moet nu dus nóg een set gespeeld worden want er moet altijd een verschil van 1 set zijn. Het kan wel gelijkspel worden bij de eindstand.
In totaal zijn er namelijk acht games te spelen het kan dan natuurlijk 4-4 worden, maar ook b.v. 8-0 of 5-3.

Het aantal punten waaruit een game bestaat is afhankelijk van het soort spel dat er gespeeld wordt. (damesenkel,herenenkel, damesdubbel, herendubbel ,gemengd dubbel)

Over het gebruik van het veld en het net zijn ook regels. Die worden verteld in andere links.

* hier zie je een paar uitslagen van verschillende badmintonwedstrijden

(Nieuwe)Algemene spelregels

Sinds kort wordt er een nieuwe telling toegepast.
Een game bestaat nu uit 21 punten met een verschil van 2 punten. Deze nieuwe telling wordt toegepast, om het spel aantrekkelijker te maken voor het publiek. Bij de oude telling was het zo dat je alleen een punt kon scoren als je de service had. Bij deze nieuwe manier van tellen kun je altijd een punt halen.
Bij de oude puntentelling ging de damesenkel tot 11- en de herenenkel tot 15 punten. Ook die telling is nu aangepast. Alle wedstrijden gaan namelijk tot de 21 punten met 2 punten verschil. Bij een stand van 20-20 speel je door totdat er 2 punten verschil zijn. In principe zou deze regel oneindig door kunnen gaan. Gelukkig is daarover een afspraak gemaakt;de partij gaat uiterlijk tót 29 punten als je in zo'n situatie komt. Het is dus zaak om als eerst bij de 29 te zijn in zo'n situatie.
Wat nog wel hetzelfde is gebleven, is dat je 2 van de 3 sets gewonnen moet hebben.

Hieronder staan nog een paar andere badmintonregels die je moet weten als je een wedstrijd speelt:

* Er wordt onderhands geserveerd naar het vak schuin aan de overkant.

* Als je serveert mag het blad van je racket niet boven de heup uitkomen.

* De shuttle moet in een vloeiende beweging over het net geslagen worden. Je mag hem dus niet meenemen op je racket alsof je de shuttle wegveegt.

* Na een service wordt er een rally gespeeld. Je speelt de shuttle dan over en weer.

* Aan elke kant van het net, mag de shuttle maar één keer geraakt worden.

* Als je shuttle op de grond gekomen is, stopt het spel. Er wordt gekeken of de shuttle binnen of buiten de lijnen valt, en of je een punt gescoord hebt.

* Je kunt altijd punten scoren, zelfs als je geen service hebt.( dit is de nieuwe puntentelling. Bij de oude puntentelling moest je de service hebben om punten te scoren. Bij deze nieuwe manier van tellen is dat niet meer nodig.)

*op dit plaatje kun je zien naar welke vakken je kunt serveren als je in het linker- of rechtervak staat.

Verlengingsregels

Bij de oude puntentelling ging de verleningsregel als volgt: als je tijdens een wedstrijd 14 punten had (bij herendubbels, damesdubbels,herenenkels en gemengd dubbels)of 10 punten(damesenkels)dan kon de tegenstander terugkomen tot de stand 14-14 of 10-10. Als dat gebeurde moest de scheidsrechter aan degene die als eerste bij de 14 of de 10 punten was vragen of hij/zij wilde verlengen. Wilde je dit, dan moest je bij de herendubbels, vrouwendubbels, herenenkels en gemengddubbels doorspelen tot 17 punten en bij de damesenkels tot 13 punten.

Bij de nieuwe puntentelling gaat elke game tot de 21 punten. Als het 20-20 staat moet je doorspelen totdat er twee punten verschil zijn. Natuurlijk speel je niet oneindig door, wie het eerst bij de 29 punten is heeft de set/game ook gewonnen!

Home